De brandweerstand is geen eigenschap van een materiaal maar
wel van een constructie.
De brandweerstand van een bouwdeel wordt uitgedrukt in Rf.
Dit is de maximale tijd dat het bouwdeel zijn volledige functie behoud en
blijft vervullen. Dit is de tijd die nodig is om bijvoorbeeld alle mensen te
evacueren bij een brand. In 2008 werd een nieuwe norm in het leven geroepen met een
REI-waarde, hierbij wordt er met nieuwe normen en extra waarden rekening gehouden.
Meer over de REI-waarden.
De constructie hoeft niet noodzakelijk in elkaar te
zakken als de maximale Rf tijd overschreden wordt. Er bestaan systemen waarbij
bepaalde brandmuren voorgeschreven worden door de brandweer. Zo kan een
woonruimte gescheiden worden van een kantoorruimte door een betonmuur die enkele
meters boven de hoogte en buiten de breedte of de lengte van het gebouw moet
uitsteken. Dit uit voorzorgen bij het uitbreken van een brand, zodat vlammen van het ene gebouw
niet naar het andere gebouw zouden overslaan.
De brandweerstand van metselwerk mag niet verward worden met
de brandreactie van de snelbouwstenen. Praktisch betekend dit dat de muur en de
vloer gelijktijdig moet blijven voldoen aan de opgelegde criteria (zie norm NBN
713-020).
Gedurende de Rf duur mag er geen gevaar zijn voor instorten,
zo moet de stabiliteit van de constructie verzekerd zijn gedurende de opgelegde
Rf duur.
De constructie mag geen scheuren of openingen vertonen
waarlangs de brand zich kan in voortplanten, de vlamdichtheid genoemd.
De wandtemperatuur van de wandzijde die niet aan het vuur is
blootgesteld moet beneden een bepaalde grens blijven om te voorkomen dat
voorwerpen die in de niet brandende ruimte vuur zouden gaan vatten door de
stralingswarmte van het vuur. Hiervoor heeft een wand of muur een bepaalde
thermische dichtheid nodig.
Hoelang de brandweerstand van een bepaalde constructie dient vast gelegd te worden in de normering. Hier zijn een reeks gradaties in functie van
de bouwonderdelen en daarop gevoerde proeven. Zo bestaat er: 1/4 - 1/2 - 1 -
1,5 - 2 - 3 - 4 - 6 uur.
Rf waarde voor metselwerk
De brandweerstand van metselwerk is afhankelijk van de dikte
van de muren.
Soms zijn er verschillende manieren om aan te duiden hoe
lang de brandweerstand dient te zijn.
Voor 1 uur brandweerstand kan men gebruiken:
- Rf 1
- Rf 1h
- Rf 60 (60 minuten)
Hieronder een aantal voorbeelden van onbepleisterde
snelbouwstenen:
9 cm dik: Rf 1 = 1 uur = Rf 1h = Rf 60
14 cm dik: Rf 2 = 2 uur = Rf 2h = Rf 120
19 cm dik: Rf 6 = 6 uur = Rf 6h = Rf 360
Een snelbouwmuur die aan beide zijden 1 cm dik is bepleisterd verhoogt de brandweerstand aanzienlijk:
9 cm dik aan beide zijden bepleisterd: Rf 2 = 2 uur = Rf 2h
= Rf 120
14 cm dik aan beide zijden bepleisterd: Rf 4 = 4 uur = Rf 4h
= Rf 240
19 cm dik aan beide zijden bepleisterd: meer dan Rf 6 = meer
dan 6 uur = Rf 6h = Rf 360
Alle resultaten komen uit proefnemingen uit de jaren
zeventig uitgevoerd door het 'laboratorium voor aanwending der brandstoffen en warmte-overdracht'
van de R.U.G.
Als dragende muur voldoet een onbepleisterde bakstenen muur
van 14 cm dik aan de strenge eisen. Een
onbepleisterde van 9 cm dik is meestal voldoende als scheidingswand. Daar deze
waarden al gekend zijn sinds de jaren zeventig worden voor baksteenwanden
nergens attesten voor vereist. Zwakke plekken in de brandbeveiliging zijn
vooral dragende kolommen van staal of beton. Om de stabiliteit van het gebouw
te verzekeren worden deze onderdelen vaak bekleed met brandwerende bekleding
zoals gips-karton-platen. Staal kan ook behandeld worden met een brandwerende
laag die geschilderd wordt op de profielen zelf. Baksteenmetselwerk hoeft geen
zo'n behandeling daar ze uit zichzelf al uitermate geschikt zijn tegen brand.
Meer relevante informatie:
REI-waarden in plaats van RF-waarden voor de brandweerstand van gebouwen 2008.
Basisnormen en eisen van de brandweerstand bij metselwerk