Posts tonen met het label materialen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label materialen. Alle posts tonen

REI-waarden voor de brandweerstand van gebouwen

De REI-waarde staat voor de brandweerstand van de constructie-elementen van een gebouw of een gedeelte van een gebouw. Deze normen werden voor het eerst in 2008 gelanceerd ter vervanging
van de Rf-waarden. Al blijven veel architecten en constructeurs van bouwmaterialen nog met Rf-waardes werken.

Wat houdt de REI-waarde in?
Drie elementen die in acht worden genomen zijn: het draagvermogen, de weerstand of de
stabiliteit van de onderdelen (R), de vlamdichtheid (E) en de thermische isolatiecapaciteiten
(I). Deze waarden worden, op basis van testresultaten,  uitgedrukt in minuten (15, 20, 30, 45, 60,
90, 120, 180, 240 en 360 minuten) en indien nodig naar beneden afgerond.

Voorbeeld van een REI-waarde:
Stel dat een dragende brandmuur bij een brand bijvoorbeeld 130 minuten stabiel, 98 minuten
vlamdicht en 50 minuten thermisch geïsoleerd, dan spreken we van de waarden R 120, E 90, I 45
en bijgevolg krijgen we REI 45 als resultaat omdat er wordt afgerond en enkel het kleinste
getal telt.

Theorie en praktijk
De waarde van de brandweerstand is altijd een theoretische waarde die getest is met een
bepaald brandverloop (zie ISO 834). De praktische brandweerstand is altijd verschillende van
de theoretische waarde omdat een brand in het echt meestal een ander verloop kent.

Rf-waarde is niet de REI-waarde
De REI-waarde is niet te verwarren met de Rf-waarde van een constructie-element. Rf waarden
zijn een oudere meer ingeburgerde manier om de benodigde brandweerstand uit te drukken maar
houdt niet met alle elementen rekening zoals de REI-Classificatie dat doet.
Bij de Rf-waarde wordt het aantal uren dat een element brandweerstand heeft of dient te hebben
uitgedrukt en is in geen geval te vergelijken met de REI-waarde.

Voorbeelden van Rf-waarden:
Staal dat een schilder-laag dient te krijgen met Rf30, is bestand tegen 30 min hevige brand
zonder enig bezwijken van het staal.
Een branddeur met RF 1 h, wil zeggen dat de branddeur bestand dient te zijn tegen hevige brand voor minstens 1 uur voor ze begint op te branden of te bezwijken onder de hitte.

Meer relevante informatie:
Brandweerstand van een gebouw.
Basisnormen en eisen van de brandweerstand bij metselwerk

Bouwmaterialen als dakbedekking (materiaalsoorten en type daken)

dakkapel met dakleien
Het dak dient om uw huis of eender welk gebouw af te schermen van weersomstandigheden zoals regen, wind, sneeuw en warmte. Je hebt verschillende manieren om een dak op te bouwen en af te werken. Zo heb je ook verschillende soorten bouwmaterialen om het dak dicht te maken en uw woning af te schermen van tal van externe factoren.

Als dakbedekking heb je:

Voor hellende daken:
Dakpannen dak
Dakleien
Strooien dak
Golfplaten dak
Sandwichpanelen dak
Metaalplaten als dakbedekking
Houten dak

Voor platte daken (meestal afgedicht met bitumen tegen waterinsijpeling):
Gewelven
Steeldeck (metalen profielplaten)
Houten dak

Het onderdak

Dit is een beschermlaag tussen het isolatiemateriaal en de dakbedekking.

Het onderdak heeft een beschermende functie van de ruwbouw in afwachting van de eigenlijke dakbekleding.
Het is tevens een barrière tegen stof, wind, poedersneeuw en binnensijpelend water. De dakconstructie wordt water en winddicht gemaakt.

Het gebruik van een onderdak zorgt voor een flinke afname van de zolderventilatie.
En een onderdak met beperkte tengellathoogte draagt bij tot de windstabiliteit van de dakbedekking.

Een onderdak dient waterdicht te zijn maar tevens ook dampdoorlatend, anders heb je kans op condensatie.

Gebruikelijke materialen

PVC-platen
- Hierbij zijn dubbelwandige te verkiezen boven enkelwandige.
- Is goedkoper dan vezelcementplaten, dit zowel in prijs als montage.
- één nadeel: ze kunnen gaan doorhangen onder invloed van de warmte.

PVC-folies en andere kunststoffoliën
- Niet-geperforeerde folies zijn af te raden daar ze niet dampdoorlatend zijn.
- Geperforeerde folies zijn wel dampdoorlatend als de gaatjes niet gaan dichtslibben.

Vezelcementplaten
Dit zijn eigenlijk vezelcement-celluloseplaten zoals de Eternit menuiserite van 3 mm dik en de VC-celluloseplaten).
- Heeft als nadeel dat ze duur zijn zowel in prijs als in montage.
- Zijn zeer goed dampdoorlatend.
- Is volledig waterdicht en capillair (opzuigen van vloeistof door minuscule kanaalbuisjes in het materiaal).

Andere materialen die je kan gebruiken voor het onderdak
- Multiplex-platen + bouwpapier (al dan niet gebitumineerd)
- Aluminium-gecacheerde noppenfolie
- Ventifoil (heeft een diffusiedikte (µd)eq van 0,14 m)

Plaatsing
Eerst wordt het onderdak op kepers gemonteerd.
Op het onderdak worden dan de tengellatten genageld daarop de panlatten.

Het onderdak moet uitmonden in de dakgoot zodat het water wordt afgevoerd.

Vermijd zoveel mogelijk horizontale naden.

Levensduur
Onderdakplaten gaan levenslang mee en zijn dus een goede investering. Meer zelfs, ze zijn onmisbaar om het dak water en winddicht te maken.

Producenten (Leveranciers)
Eternit

SVK (nv Scheerders van Kerckhove's Verenigde Fabrieken)
Aerschottstraat 114
B-9100 Sint-Niklaas
Tel.: 037 77 09 61
Fax: 037 77 47 84

Novex NT van SVK

Samenstelling
Dit zijn dunne, stijve, capillaire platen in enkelgeperst of dubbel-geperste vezelcement die vervaardigd zijn op basis van een homogeen mengsel van portlandcement en versterkt met natuurlijke en synthetische vezels. De enkelgeperste platen zijn glad en roze in de massa gekleurd. De dubbelgeperste platen zijn aan beide zijden glad en geel in de massa gekleurd.

Verwerking
De onderdakplaten worden bewerkt zoals hout. Met de daarvoor gebruikte gereedschappen kunnen ze gezaagd, geschaafd en gespijkerd worden. Bij grote hoeveelheden is het aan te raden de platen te verzagen op een zaagmachine voorzien van een stofafzuiging.

Leveren
De onderdakplaten worden geleverd op paletten. Tijdens het transport dienen de platen met een dekzeil te worden beschermd. Ze moeten worden opgeslagen op een vlakke en stabiele ondergrond, in een overdekte en goed geventileerde ruimte. Ook tijdens de opslag op het werk dienen ze afgeschermd te worden tegen alle weersomstandigheden.

Eigenschappen
- waterdicht, doch dampopen
- capillair
- wind-, stof- en sneeuwdicht
- buigzaam
- onrot
- gemakkelijk te bewerken en te nagelen
- brandklasse A1, volgens de norm NBN S21-203
- max. toegelaten ondersteunafstand bedraagt 500 mm, hart-op-hart gemeten

SVK Gamma:
3 mm dik, enkel geperst:
- 2500 x 1200 mm
- 5 kg/m²
- roze
- volumieke massa: 1250 kg/m³
- buigsterkte: T vezels: 13 N/mm², // vezels: 18 N/mm²

3 mm dik, dubbel geperst:
- 2500 x 1200 mm
- 5 kg/m²
- geel
- volumieke massa: 1400 kg/m³
- buigsterkte: T vezels: 27 N/mm², // vezels: 20 N/mm²

Maximale buigspanning van materialen

Diagram van een dwarskrachtenlijn
Ga naar deze pagina om te zien hoe je momenten
berekend aan de hand van een voorbeeld.
De buigspanning is, de spanning die in een materiaal optreedt ten gevolge van buiging. De buiging vloeit voort uit de inwendige krachten en momenten die voorkomen in het stuk materiaal. Deze spanningen worden berekend en bepaald met een dwarskrachtenlijn en momentenlijn.

Beton: 10 MPa of 1,2 kN/cm²
Staal: 140 MPa of 14 kN/cm²
Hout: 6 MPa of 0,6 kN/cm²

Volumemassa en uitzettingscoëfficiënten van materialen


Materiaal 
Absolute volumemassa 
Schijnbare volumemassa  
Lineaire uitzettingscoëfficiënt  
Glas 
2600 kg/ 
2500 kg/ 
9 . 10-6 m/m°C 
Gewoon beton 
 
2350 kg/ 
12 . 10-6 m/m°C 
Bimsbeton 
 
1000 kg/ 
6 . 10-6 m/m°C 
Beton met geëxpandeerde klei 
 
700 kg/ 
8 . 10-6 m/m°C 
Isolatiebeton 
 
500 kg/ 
5 . 10-6 m/m°C 
Cellenbeton 
 
400 à 1300 kg/ 
11 . 10-6 m/m°C 
Cementmortel (uit beton) 
 
1900 kg/ 
11 . 10-6 m/m°C 
Kalkmortel (metselwerk) 
 
1600 kg/ 
11 . 10-6 m/m°C 
Gips (pleisterwerk) 
 
1300 kg/ 
11 . 10-6 m/m°C 
Cement 
3100 kg/ 
1250 kg/ 
 
Zand 0/2 
2600 kg/ 
1475 kg/ 
 
Grind 4/28 
2600 kg/ 
1600 kg/ 
 
Steenslag 7/20 
2600 kg/ 
1350 kg/ 
 
Bims 
2300 kg/ 
1200 kg/ 
 
Geëxpandeerde klei 
2700 kg/ 
1100 kg/ 
 
Licht hout 
1600 kg/ 
500 kg/ 
 
Zwaar hout 
1600 kg/ 
1000 kg/ 
 
Metselwerk 
 
1600 kg/ 
6 . 10-6 m/m°C 
Tegels 
 
1700 kg/ 
6 . 10-6 m/m°C 
Basalt, graniet 
 
3000 kg/ 
7 . 10-6 m/m°C 
Blauwe steen 
 
2700 kg/ 
6 . 10-6 m/m°C 
Marmer 
 
2750 kg/ 
5 . 10-6 m/m°C 
Staal 
7800 kg/ 
7700 kg/ 
12 . 10-6 m/m°C 
Lood (Pb) 
12250 kg/ 
12000 kg/ 
29 . 10-6 m/m°C 
Koper 
9000 kg/ 
8500 kg/ 
17 . 10-6 m/m°C 
Gietijzer (Fe) 
7900 kg/ 
7500 kg/ 
13 . 10-6 m/m°C 
Zink (Zn) 
7200 kg/ 
7000 kg/ 
28 . 10-6 m/m°C 
Aluminium (Al) 
2800 kg/ 
2700 kg/ 
24 . 10-6 m/m°C 
PVC(Poly Vinyl Chloride) 
 
 
80 . 10-6 m/m°C 
HDPE (Hogedichtheidpolyetheen) 
 
 
200 . 10-6 m/m°C 
LDPE (Lagedichtheidpolyetheen) 
 
 
200 . 10-6 m/m°C 
VPE 
 
 
200 . 10-6 m/m°C 
PP (Polypropyleen) 
 
 
160 . 10-6 m/m°C 
Copyright: byWM