Inhoud:
1. Omschrijving van de proef.
2. Benodigdheden, materiaal en materieel.
3. Resultaten van de proef.
4. BENOR-normen.
5. Besluit.
1. Omschrijving van de proef
Omdat de korrelverdeling van de granulaten van groot belang is, worden de granulaten gesorteerd en verhandeld in verschillende, welbepaalde korrelgrootten. De Belgische keuze leidde tot het bepalen van 12 verschillende genormaliseerde korrelmaten voor steenslag. Om de verschillende korrelgrootten te bepalen, worden de granulaten gezeefd. De korrelverdeling bepaald door het percentage (in massa) van de korrels die resten op (of doorvallen door) de zeven met welbepaalde afmetingen. Het wordt bepaald door een afscheiding door zeven op een genormaliseerde serie zeven.
Voor de bepaling van de korrelverdeling van een hoop steenslag wordt een monster genomen van die hoop steenslag. Die monsterneming gebeurt door scheiding in kwarten. Voor scheiden in kwarten dient men steenslag te nemen op verschillende plaatsen van de hoop. Het wordt namelijk genomen van onder de hoop, van boven de hoop en in het midden van de hoop. Dit alles wordt dan gemengd en vervolgens in kwarten verdeeld. Men neemt de twee tegenovergestelde kwarten en mengt ze opnieuw. Vervolgens neemt men opnieuw de twee tegenovergestelde kwarten en zo bekom je een ideaal staal. Voor het steenslag gewogen wordt dient het gedroogd te worden. Je weegt dan juist 5 kg steenslag. Nadat het steenslag gewogen is neem je de nodige zeven. Voor de numerieke zeven is dit: 1mm; 4mm; 7,1mm; 10mm; 14mm en 20mm. Voor de ASTM-reeks is dit 3"; 3/2"; 3/4"; 3/8"; 4”; 8”; 16”; 30”; 50”; 100” en 200”. Respectievelijk zijn de openingen: 76,2mm; 38,1 mm; 19,1mm; 9,52mm; 4,76mm; 2,38mm; 1,19mm; 0,59mm; 0,279mm; 0,149mm en 0,074mm. Men doet het steenslag in de zeven. Men moet er wel op Ietten dat je niet alle steenslag in één keer in de zeven doet. Het is best dat je steenslag in drie delen doet. Ieder deel wordt 3 keer naar voor en naar achter geschud dan een kwart draai naar links en dan weer 3 keer. Dit herhaal je tot je 15 keer naar voor en naar achter geschud hebt met de zeven. Om de zeven heen en weer te schudden gebruik je een houten sokkel die onderaan bolvormig is. Dan doet men het tweede deel van het steenslag erbij en schudt ze opnieuw en daarna het derde deel. Nadat het steenslag gezeefd is dient men de zeefresten te wegen. Dit gebeurt met de elektronische weegschaal: “Kern TB (max. 35 kg) die tot op 1gr nauwkeurig kan meten. Je noteert het gewicht om later de zeefkromme te kunnen tekenen. Zo kan men zien of de steenslag voldoet aan de Belgische norm.
2. Benodigdheden
Materieel:
• Nummerieke-zeefreeks in mm MB 25/06/’81 met bijhorend voetstuk.
• ASTM-zeefreeks in Inch met bijhorend voetstuk.
• Elektronische weegschaal: Kern TB max. 35 kg tot op 1gr nauwkeurig.
• Emmer van 10 liter.
• Cilindrisch blik
Materiaal:
• 5Kg steenslag kaliber 7/20
• 5Kg steenslag kaliber 4/7
3. Resultaten
4. BENOR-Normen
B11-001: Steenslag- en grind-zeefanalyse
B11-002: Steenslag- en grind bemonstering
B11-003: Granulaten en steenachtige materialen-terminologie
B11-004: Granulaten, gehalte aan chloorionen.
B11-005: Granulaten, gehalte aan schelpdelen
B11-051: Lichte granulaten-bemonstering
B11-101: Steenslag en grind-korrelmaten.
B11-151: Lichte granulaten-korrelmaten
B11-152: Lichte granulaten- specificaties
B11-201: Proeven op granulaten. Watergehalte van steenslag en grind.
B11-202: Proeven p granulaten. Gehalte aan kologeniden.
B11-203: Proeven op granulaten. Vormindex en percentage platte stenen.
B11-204: Proeven op steenslag en grind. Bepalen versnelde polijstingcoëfficiën
B11-205: Proeven op granulaten. Statische druksterkte.
B11-206: Proeven op granulaten. Bepaling van de volumemassa van het los gestort granulaat.
B11-207: Steenslag. Vormvoorschriften (+ addendum)
B11-208: Proeven op granulaten. Bepalen van het gehalte aan schelpdelen.
B11-209: Proeven op granulaten. Gehalte aan fijne deeltjes.
B11-251: Proeven op lichte granulaten. Volumemassa van los gestort granulaat.
B11-252: Proeven op lichte granulaten. Weerstand tegen verbrijzeling van het los gestort granulaat.
B11-253: Proeven op lichte granulaten. Gloeiverlies.
B11-254: Proeven op lichte granulaten. Gehalte aan sulfaten.
B11-255: Proeven op lichte granulaten. Volumemassa ven de korrels en wateropslorping.
5. Besluit
De Proef is niet geslaagd want de lichtblauwe lijn van de bekomen zeefresten valt niet altijd tussen de lijn van de kleinste diameter (d) en die van de grootste diameter (D). We veronderstellen dat er zich een ontmenging heeft voorgedaan vanwaar het steenslag monster is gehaald.
Het berekenen van de granulometrische curve was het moeilijkst.
1. Omschrijving van de proef.
2. Benodigdheden, materiaal en materieel.
3. Resultaten van de proef.
4. BENOR-normen.
5. Besluit.
1. Omschrijving van de proef
Omdat de korrelverdeling van de granulaten van groot belang is, worden de granulaten gesorteerd en verhandeld in verschillende, welbepaalde korrelgrootten. De Belgische keuze leidde tot het bepalen van 12 verschillende genormaliseerde korrelmaten voor steenslag. Om de verschillende korrelgrootten te bepalen, worden de granulaten gezeefd. De korrelverdeling bepaald door het percentage (in massa) van de korrels die resten op (of doorvallen door) de zeven met welbepaalde afmetingen. Het wordt bepaald door een afscheiding door zeven op een genormaliseerde serie zeven.
Voor de bepaling van de korrelverdeling van een hoop steenslag wordt een monster genomen van die hoop steenslag. Die monsterneming gebeurt door scheiding in kwarten. Voor scheiden in kwarten dient men steenslag te nemen op verschillende plaatsen van de hoop. Het wordt namelijk genomen van onder de hoop, van boven de hoop en in het midden van de hoop. Dit alles wordt dan gemengd en vervolgens in kwarten verdeeld. Men neemt de twee tegenovergestelde kwarten en mengt ze opnieuw. Vervolgens neemt men opnieuw de twee tegenovergestelde kwarten en zo bekom je een ideaal staal. Voor het steenslag gewogen wordt dient het gedroogd te worden. Je weegt dan juist 5 kg steenslag. Nadat het steenslag gewogen is neem je de nodige zeven. Voor de numerieke zeven is dit: 1mm; 4mm; 7,1mm; 10mm; 14mm en 20mm. Voor de ASTM-reeks is dit 3"; 3/2"; 3/4"; 3/8"; 4”; 8”; 16”; 30”; 50”; 100” en 200”. Respectievelijk zijn de openingen: 76,2mm; 38,1 mm; 19,1mm; 9,52mm; 4,76mm; 2,38mm; 1,19mm; 0,59mm; 0,279mm; 0,149mm en 0,074mm. Men doet het steenslag in de zeven. Men moet er wel op Ietten dat je niet alle steenslag in één keer in de zeven doet. Het is best dat je steenslag in drie delen doet. Ieder deel wordt 3 keer naar voor en naar achter geschud dan een kwart draai naar links en dan weer 3 keer. Dit herhaal je tot je 15 keer naar voor en naar achter geschud hebt met de zeven. Om de zeven heen en weer te schudden gebruik je een houten sokkel die onderaan bolvormig is. Dan doet men het tweede deel van het steenslag erbij en schudt ze opnieuw en daarna het derde deel. Nadat het steenslag gezeefd is dient men de zeefresten te wegen. Dit gebeurt met de elektronische weegschaal: “Kern TB (max. 35 kg) die tot op 1gr nauwkeurig kan meten. Je noteert het gewicht om later de zeefkromme te kunnen tekenen. Zo kan men zien of de steenslag voldoet aan de Belgische norm.
2. Benodigdheden
Materieel:
• Nummerieke-zeefreeks in mm MB 25/06/’81 met bijhorend voetstuk.
• ASTM-zeefreeks in Inch met bijhorend voetstuk.
• Elektronische weegschaal: Kern TB max. 35 kg tot op 1gr nauwkeurig.
• Emmer van 10 liter.
• Cilindrisch blik
Materiaal:
• 5Kg steenslag kaliber 7/20
• 5Kg steenslag kaliber 4/7
3. Resultaten
ZEEFPROEF (numeriek) kaliber 7/20
| |||
zeefnummer in mm
|
zeefrest per zeef (kg)
|
procent zeefrest
|
procent doorgang
|
50
|
0
|
0
|
100
|
40
|
0
|
0
|
100
|
35,5
|
0
|
0
|
100
|
20
|
0
|
0
|
100
|
18
|
1499
|
29,98
|
70,02
|
14
|
2406
|
48,12
|
21,9
|
10
|
853
|
17,06
|
4,84
|
7,1
|
211
|
4,22
|
0,62
|
4
|
9
|
0,18
|
0,44
|
2
|
3
|
0,06
|
0,38
|
1
|
2
|
0,04
|
0,34
|
rest
|
1
|
0,02
|
0,32
|
totaal
|
4984
|
99,68
| |
verlies
|
16
|
0,32
| |
ZEEFPROEF (numeriek) kaliber 4/7
| |||
zeefnummer in mm
|
zeefrest per zeef (kg)
|
procent zeefrest
|
procent doorgang
|
50
|
0
|
0
|
100
|
40
|
0
|
0
|
100
|
35,5
|
0
|
0
|
100
|
20
|
0
|
0
|
100
|
18
|
0
|
0
|
100
|
14
|
0
|
0
|
100
|
10
|
9
|
0,18
|
99,82
|
7,1
|
1758
|
35,16
|
64,66
|
4
|
2686
|
53,72
|
10,94
|
2
|
378
|
7,56
|
3,38
|
1
|
65
|
1,3
|
2,08
|
rest
|
48
|
0,96
|
1,12
|
totaal
|
4944
|
98,88
| |
verlies
|
56
|
1,12
|
ZEEFPROEF (ASTM inch) kaliber 7/20
| |||
zeefnummer in mm
|
zeefrest per zeef (kg)
|
procent zeefrest
|
procent doorgang
|
3"
|
0
|
0
|
100
|
3/2"
|
0
|
0
|
100
|
3/4"
|
2074
|
41,48
|
58,52
|
3/8"
|
2760
|
55,2
|
3,32
|
ASTM 4
|
166
|
3,32
|
0
|
ASTM 8
|
0
|
0
|
0
|
ASTM 16
|
0
|
0
|
0
|
ASTM 30
|
0
|
0
|
0
|
ASTM 50
|
0
|
0
|
0
|
ASTM 100
|
0
|
0
|
0
|
ASTM 200
|
0
|
0
|
0
|
rest
|
0
|
0
|
0
|
totaal
|
5000
|
100
| |
verlies
|
0
|
0
| |
ZEEFPROEF (ASTM inch) kaliber 4/7
| |||
zeefnummer in mm
|
zeefrest per zeef (kg)
|
procent zeefrest
|
procent doorgang
|
3"
|
0
|
0
|
100
|
3/2"
|
0
|
0
|
100
|
3/4"
|
0
|
0
|
100
|
3/8"
|
15
|
0,3
|
99,7
|
ASTM 4
|
4708
|
94,16
|
5,54
|
ASTM 8
|
113
|
2,26
|
3,28
|
ASTM 16
|
42
|
0,84
|
2,44
|
ASTM 30
|
19
|
0,38
|
2,06
|
ASTM 50
|
16
|
0,32
|
1,74
|
ASTM 100
|
6
|
0,12
|
1,62
|
ASTM 200
|
1
|
0,02
|
1,6
|
rest
|
1
|
0,02
|
1,58
|
totaal
|
4921
|
98,42
| |
verlies
|
79
|
1,58
|
B11-001: Steenslag- en grind-zeefanalyse
B11-002: Steenslag- en grind bemonstering
B11-003: Granulaten en steenachtige materialen-terminologie
B11-004: Granulaten, gehalte aan chloorionen.
B11-005: Granulaten, gehalte aan schelpdelen
B11-051: Lichte granulaten-bemonstering
B11-101: Steenslag en grind-korrelmaten.
B11-151: Lichte granulaten-korrelmaten
B11-152: Lichte granulaten- specificaties
B11-201: Proeven op granulaten. Watergehalte van steenslag en grind.
B11-202: Proeven p granulaten. Gehalte aan kologeniden.
B11-203: Proeven op granulaten. Vormindex en percentage platte stenen.
B11-204: Proeven op steenslag en grind. Bepalen versnelde polijstingcoëfficiën
B11-205: Proeven op granulaten. Statische druksterkte.
B11-206: Proeven op granulaten. Bepaling van de volumemassa van het los gestort granulaat.
B11-207: Steenslag. Vormvoorschriften (+ addendum)
B11-208: Proeven op granulaten. Bepalen van het gehalte aan schelpdelen.
B11-209: Proeven op granulaten. Gehalte aan fijne deeltjes.
B11-251: Proeven op lichte granulaten. Volumemassa van los gestort granulaat.
B11-252: Proeven op lichte granulaten. Weerstand tegen verbrijzeling van het los gestort granulaat.
B11-253: Proeven op lichte granulaten. Gloeiverlies.
B11-254: Proeven op lichte granulaten. Gehalte aan sulfaten.
B11-255: Proeven op lichte granulaten. Volumemassa ven de korrels en wateropslorping.
5. Besluit
De Proef is niet geslaagd want de lichtblauwe lijn van de bekomen zeefresten valt niet altijd tussen de lijn van de kleinste diameter (d) en die van de grootste diameter (D). We veronderstellen dat er zich een ontmenging heeft voorgedaan vanwaar het steenslag monster is gehaald.
Het berekenen van de granulometrische curve was het moeilijkst.